Manhattan!
Steden in de Verenigde Staten zijn fascinerend en New York spant de kroon. Het stratenpatroon is eenvoudig en komt overeen met die van een Romeinse legerplaats: een orthogonaal grid met genummerde straten (oost-west) en avenues (noord-zuid). Geen kronkelige middeleeuwse straatjes zoals in Amsterdam of ’s Hertogenbosch waarin je kunt verdwalen; als je kunt tellen weet je waar je bent. Natuurlijk is dit een versimpelde voorstelling van zaken, want evenals Eindhoven en Almelo kent ook New York oude voetpaden en karresporen die tot moderne wegen in de stad zijn geëvolueerd. De bekendste zijn Wall Street en Broadway. Wall Street ligt als een soort “Amsterdamse Oudezijds Achterburgwal” op de plaats waar de stadsmuur van Nieuw Amsterdam op Manhattan heeft gelegen. Broadway is zelfs nog ouder. Het is van oorsprong een indiaans voetpad en in de 17e eeuw door de Hollanders gebruikt als belangrijkste noord-zuid verbinding over het eiland Manhattan: de brede weg. Op de kaart is het natuurlijk verloop vanaf Battery Park naar Times Square en verder tussen Central Park en Hudson River tot aan Harlem terug te zien. Ook dit is logisch, want Central Park was vroeger een moeras en Broadway lag op het hoogste deel tussen dit moeras en de rivieroever.
De onstuimige groei van de Verenigde Staten in de tweede helft van de 19e eeuw (na de Burgeroorlog) en het begin van de 20e eeuw heeft ook geleid tot uitbreiding van de steden. De uitbreidingen werden ingevuld met een rechthoekig verkavelingspatroon en gesloten bouwblokken. Op diverse plaatsen zijn de oorspronkelijk bescheiden bouwpercelen nog zichtbaar in de straatwand, spiegelend in gevels van de nieuwe WTC gebouwen rondom Ground Zero. De vijf nieuwe WTC gebouwen vormen een ensemble van glazen, diamant-achtige vormen welke nog worden aangevuld met het Oculus paviljoen voor de WTC Transportation Hub naar ontwerp van Santiago Calatrava.

Manhattan is hoogbouw: wolkenkrabbers beheersen het beeld van het eiland, maar ook de overzijde van Hudson River (New Jersey) en East River (Brooklyn). Bekend zijn namen als Chrysler Building, Empire State Building en Rockefeller Centre. Bij wolkenkrabbers uit deze periode is vooral de manier waarop de bovenste verdiepingen zijn vormgegeven mooi en spectaculair.




In de reisgidsen is dan meestal minder aandacht voor hetgeen er op straatniveau gebeurt. Vaak vind je tussen de gebouwen leuke plekken om even neer te strijken, te ontspannen of te sporten. Om vervolgens weer de hectiek van Trafalgar Square en Fifth Avenue in te duiken en te genieten van de variatie aan mensen, bezigheden, winkels en reclame.





Wanneer je door New York wandelt zie je uiteenlopende architectuurstijlen: de eerste bakstenen hoogbouw, prachtige Art Deco uit de jaren 1920 en 1930, modernistische wolkenkrabbers uit de jaren 1950 en 1960 en de meer decoratieve postmoderne complexen als reactie daarop. Je ziet werk van Mies van der Rohe, Frank Lloyd Wright, bureau Skidmore, Owings & Merrill, Renzo Piano, I.M.Pei, Sir Norman Foster en Herzog & de Meuron.
Ook Nederlandse architecten zijn vertegenwoordigd: UNStudio en OMA. Francine Houben van architectenbureau Mecanoo heeft, samen met Beyer Blindle Bell Architecten, de prestigieuze opdracht gekregen voor de renovatie van New York Public Library. En Piet Boon heeft een ontwerp gemaakt voor de verbouwing van kantoren aan Park Avenue South tot luxueuze appartementen en winkelruimte.





En dan natuurlijk Frank Lloyd Wright met het Guggenheim Museum. De spiraalvormige plattegrond is een omgekeerde ziggoerat, waarbij de museumbezoeker met de lift naar boven gaat en dan langzaam ronddraaiend naar beneden loopt. Het gebouw is een samenstelling van driehoeken, ovalen, bogen, cirkels en open plekken. De constructie is gemaakt van gewapend beton en heeft twaalf dragende ribben die de verdiepingen met de zalen verbinden. Wright heeft met het Guggenheim in New York niet alleen de regelmaat van Manhattan doorbroken, maar ook de opvatting over hoe een museum ontworpen moet zijn.
Kortom: Manhattan is de moeite waard.
